Tonny leest Pearl Abraham

Hemelse Golven: Pearl Abraham

“Je geboorte, dat je je van je moeder losscheurde en haar en passant ook nog eens pijn deed, ging met geweld gepaard, en jij leeft met geweld, je voert een overlevingsstrijd. Zelfs de kleinste poging die je doet om iets van je leven te maken betekent een gewelddadige dood. Dat geldt voor bijna iedereen, voor je naamgenoot bijvoorbeeld, John Lennon, met zijn liedjes over liefde en vrede, en voor Mahatma Gandhi. Lees de Bijbel. Lees de Koran. Lees de krant. Leven is geweld. Jezus Christus, die de vrede predikte, stierf door geweld.” – in het talibankamp tegen John Jude Parish.

John Jude Parish heet de held uit ‘Hemelse golven’, genoemd naar John Lennon en de song die Paul McCartney schreef voor diens zoon Julian, ‘Hey Jude’. Hij is een All-American skater en surfer, die houdt van Cheerios en Hershey-chocolade. John heeft veel vrienden, een leuke vriendin Katie en houdt van surfen en skateboarden. Toch is John geen leeghoofd die zich alleen laat meedrijven met de golven. De achttienjarige John leest werk van Walt Whitman, Ralph Waldo Emerson en Bob Dylan.

Wanneer hij op een dag aangereden wordt door een auto en een tijdje op krukken verder moet, waardoor hij niet mee kan met zijn vrienden naar het strand, stelt hij een studieschema op dat hem op tien weken tijd een stuk wijzer moet maken in het menselijke religieuze instinct. Startend vanuit zijn liefde voor Whitman en Emerson komt hij bij de soefi’s uit die net als de twee Amerikanen ‘God en het individu’ onlosmakelijk met elkaar verbinden, waarbij het gebed het hoogtepunt van individuele creativiteit wordt. De soefi’s, zo leert hij, zijn als moslims begonnen en om hen echt te kunnen begrijpen zou hij eigenlijk klassiek Arabisch moeten kennen.

John gaat daarom klassiek Arabisch studeren aan de Sharia School in Brooklyn door een tip uit een Islamitische chatroom. In Brooklyn zweert hij zijn oude levensstijl niet af: John valt de Soefileraar Halki bij die “de verschillen binnen het mystieke gedachtegoed talloze golven in dezelfde zee” noemde en ziet het surfen, het skaten, het bidden en het lezen als één groot avontuur. Hij geeft er zich zonder aarzeling aan over, gretig uitkijkend naar de groei van zijn ik. Ondanks het milde protest van zijn ouders trekt John in mei 2001 naar Pakistan.

In Pakistan leert hij schieten omdat het nu eenmaal deel uitmaakt van het curriculum van de islamschool en gaandeweg ontdekt hij zelfs dat hij helemaal niet zo hetero is als hij altijd dacht. Hij raakt dus met zijn blote lijf en geest verbonden aan de zaak van de Muyaheddien en kan alleen maar knikken wanneer zijn goede vriend Jalal hem bezweert dat hij niet moet terug schrikken voor het gebruik van geweld aangezien het bestaan inherent gewelddadig is. John gaat daarom op reis door de bergen om in Afghanistan aan te komen en ondervraagd te worden door de Muyaheddien omdat ze in eerste instantie hem als spion zien.

Terwijl 9/11 en de Amerikaanse inval in Afghanistan plaatsvinden verschuift het perspectief zich naar de moeder van John Jude die in vertwijfeling in Washington DC zit en sinds de zomer van 2001 niets meer heeft gehoord van haar zoon. Eerst denkt ze bijvoorbeeld dat John Walker Lindh (een 20-jarige hiphopper die als Taliban-soldaat vocht in Afghanistan) haar zoon is, later dat er nog veel van zulke Amerikaanse taliban moeten bestaan maar dat de Amerikaanse regering hun bestaan verborgen houdt.

Ondertussen laat Peal Abraham doorschemeren dat John nauwelijks schuldig is aan zijn lotsbestemming. Immers, waren de Taliban niet ooit vrienden van de VS? Abraham (die opgroeide in een Chassidische gemeenschap, maar niet meer religieus is) laat zien hoe John zich verliest in de complexe politieke spellen en allianties. Met zijn spirituele zoektocht zelf was op zich niets mis…

0